"Smekende Almacht"... intrigerende paradox![1] Dit gaat vrijwel zeker terug op de titel "Omnipotentia Supplex". De paus had in 1985 Maria in een rede zo genoemd. Ik ben weinig thuis in de leer en geschiedenis van de katholieke kerk, maar het lijkt erop dat deze erenaam in een of andere vorm al veel langer bestond[2]. Eugène de Mazenod, stichter (19e eeuw) van de congregatie "Oblats de Marie-Immaculée", schijnt de Moeder Gods zo te hebben aangesproken[3]. Zie op de website van het Vaticaan een tekst van paus Johannes Paulus II uit 1979 en een uit 1978[4].
"Supplex" gaat etymologisch waarschijnlijk terug op "sub" + "placare". In de ogen van de christelijke kerkvaders bekleedt de hoogste der vrouwen dus de ondergeschikte positie van bemiddelaar, susser, bidder, afsmeker ten aanzien van de Heer. Denk ook aan de betekenis "onderdanig, onderworpen" van de genitivus "supplicis". Maria dan toch "almacht" toedichten, is een retorische truc die volmaakt past in het patriarchale denken. Ook in de meer volkse vormen daarvan is een geliefd beeld dat 'achter de schermen' of 'informeel' enzovoorts, het de vrouw is die aan de touwtjes trekt.
Opmerkelijk genoeg staat "Supplex" via "placere" etymologisch in 'verbinding' met "placenta".
Later toegevoegd: Etymologiebank.nl geeft onder "soepel" aan dat "supplex" alleen teruggaat op "sub" + "plicare" ("vouwen", verwijzend naar de houding van de smekeling); en dat een verwantschap met "placare" onterecht is geopperd. 100 procent uitsluitsel hierover is waarschijnlijk niet te geven[5].
Kortom "Smekende Almacht", c.q. "Omnipotentia Supplex" als kwalificatie van de vrouw, is wonderbaarlijk exact waar het feminisme zich nu juist 'met vrouw en macht' tegen verzette: de voorstelling van de vrouw als in wezen moeder, onderdanige, susser, middelaar, die eigenlijk de lakens uitdeelt. De oorsprong van de macht ligt in deze zienswijze bij de Heer, niet bij de Dame. Zelfs de heiligste vrouw is geen bron van (al)macht - die in het joods-christelijke geloof bij uitstek de macht van het Woord is.
Bijna alles wat Reve schrijft is deels ironisch, maar of hij hier met "Smekende Almacht" uitsluitend op de proppen komt om de jury van een min of meer feministische prijs te stangen, betwijfel ik. Maar dat is een andere kwestie[6].
Dat de brief wel druipt van de ironie, is evident. Tot slot werpt Reve zich zelfs op als beschermheer van de feministen. Dan, stelt hij sardonisch, zal hun beweging onoverwinnelijk blijken; de macht van het woord die kennelijk de doorslag zal geven, is die van een mannelijke auteur.
In bewoordingen met een dergelijke, door en door patriarchale, antifeministische onderstroom de prijs voor 'de Vrouwelijke Stem in de literatuur' opeisen en toch geestig zijn - dat was waarschijnlijk alleen weggelegd voor Neerlands enige tegendraadse volksschrijver.
Foto Gerard Reve (1982): Rob Bogaerts / Wiki Commons
Noten (deels later toegevoegd)
[1] Reve merkt in de brief op dat hij op pagina 13 van Zelf schrijver worden (1985) nader ingaat op de plaats van Maria als Smekende Almacht in de leer van de katholieke kerk. Dit boek had ik niet in mijn bezit toen ik dit stukje schreef. Via Google Books acherhaal ik alleen dat Reve daar e.e.a. in verband brengt met de "katholieke leuze: door Maria tot Jezus" - wat een instrumentele rol toedicht aan (de vrouw) Maria en (de man) Jezus ziet als doel.
[2] In een artikel in het tijdschrift Ons geestelijk erf (1927) wordt gesteld dat men al in de Middeleeuwen Maria vereerde als Omnipotentia Supplex. Niet helemaal duidelijk wordt of dit letterlijk onder die titel gebeurde.
In deze beschouwing - een aardig inkijkje in en voorbeeld van bizarre theologische haarkloverijen - wordt de titel genoemd in verband met het algemene dogma van de tussenkomst of bemiddeling der heiligen ("general dogma of the intercession of the saints"), dat ingesteld zou zijn tijdens het concilie van Trente (1545-1563). Mogelijk gaat de erenaam Omnipotentia Supplex dus terug op die bijeenkomst(en) van katholieke gezagsdragers.
Jame Joyce schrijft in Ulysses: "In woman's womb word is made flesh but in the spirit of the maker all flesh that passes becomes the word that shall not pass away. This is the postcreation. Omnis caro ad te veniet. No question but her name is puissant who aventried the dear corse of our Agenbuyer, Healer and Herd, our mighty mother and mother most venerable and Bernardus saith aptly that She hath an omnipotentia deiparae supplicem, that is to wit, an almightiness of petition because she is the second Eve and she won us, saith Augustine too, whereas that other, our grandam, which we are linked up with by successive anastomosis of navelcords sold us all, seed, breed and generation, for a penny pippin."
In een annotatie bij deze tekst wordt opgemerkt: "omnipotentiam deiparae supplicem - (Latin) a suppliant almightiness of the Mother of God, or an almightiness of petition of the Mother of God. Omnipotentia supplex (the all-powerful suppliant) is an honorific title bestowed on the Virgin Mary. Saint Bernardino of Siena [1380-1444; K] said of her: Mary has the keys of the divine treasury, so that she can distribute to whom she wills and as much as she wills, the grace of the Holy Spirit. The same point is made in the popular prayer Memorare, which is often attributed to Saint Bernard of Clairvaux [1090-1153; K], but Stephen's phrase [i.e. omnipotentiam deiparae supplicem; K] has not been found in any genuine work by Saint Bernard."
Het gebed Memorare is geknipt uit het langere, 15e eeuwse gebed Ad sanctitatis tuae pedes, dulcissima Virgo Maria - waarin het adjectief "supplex" wordt gebruikt, zij het niet in combinatie met "omnipotentia".
[3] Zoek in het PDF-document naar "beseeching omnipotence".
[4] Paus Johannes Paulus II verkondigde in 1979 in Pompei: "Maria [...] is de eerste onder hen die vragen. Ze is de Omnipotentia supplex: de Almacht van de tussenkomst". In de 'mis van de gezegende maagd Maria, poort van de hemel' (Beata Maria Virgo, Ianua Cæli) wordt Maria aangeduid met Virgo supplex - smekende maagd.
[5] De Engelstalige databank volgens welke een associatie met "placare" wel bestaat, is onder meer gebaseerd op Barnhart Dictionary of Etymology (H.W. Wilson Co., 1988) en Etymological Dictionary of Latin and the other Italic Languages (Michiel de Vaan, 2008). De samensteller is echter zo te zien een liefhebber, geen wetenschapper.
[6] Door middel van geslaagde ironie wordt trouwens altijd in zekere zin ook wel bedoeld wat men zegt.
Reve speelde zoals bekend serieus met het idee van de Viereenheid. Zie bijvoorbeeld dit interessante stuk van Huub Mous: 'Reve en de symboliek van de geest'. In Antwoord op Job (1952) schrijft Jung over het belang van het kersverse leerstuk van de 'ten hemel opname van Maria' - dogma van de Assumptio Mariae - in de katholieke kerk (zie hier en hier en hier Mous daarover). Ook Jung komt overigens niet los van een patriarchaal seksistische benadering.
Zie ook m'n blognotities:
Theologische speculaties
Drie-eenheid en man-vrouwverhouding
Patriarchale coup
Ik reageerde nog op uw schrijven op mijn weblog. Ik ben even te lui om het hier nog weer over te tikken.
BeantwoordenVerwijderenElly de Waard
Bedankt, ik kijk op uw weblog.
VerwijderenU hebt een erg interessant blog, ik heb de drie-eenheid en man-vrouwverhouding ook net bekeken.
BeantwoordenVerwijderenHartelijk dank! Ik las met plezier uw mooie gedicht "Geslacht" bij de fraaie foto van Frederique Masselink van Rijn en ga zeker vaker op uw blog kijken, die ik pas eergister ontdekte.
BeantwoordenVerwijderen